Ladders & Trappen

Ladders en trappen zijn veelgebruikte hulpmiddelen voor het werken op hoogte. Om risico’s zoals valgevaar of instorting te minimaliseren, vereist de Arbowet dat deze hulpmiddelen regelmatig worden geïnspecteerd. De inspectie zorgt ervoor dat ladders en trappen in goede staat verkeren, veilig zijn in gebruik en voldoen aan de geldende normen, zoals NEN 2484.

Doel van de inspectie:

• Zorgen voor de veiligheid van medewerkers die ladders en trappen gebruiken, door gebreken, slijtage en onjuist gebruik tijdig te signaleren en aan te pakken.

Soorten inspecties:

• Controleer op schade, verbuigingen of losse onderdelen.
• Zorg ervoor dat de ladder/trap stabiel staat en niet wiebelt.
• Controleer of rubberen voeten, spreidstangen en antislipprofielen aanwezig en in goede staat zijn.

Periodieke inspectie (meestal jaarlijks):

• Uitgevoerd door een deskundig persoon.
• Verplicht bij professioneel gebruik.
• Afhankelijk van gebruiksfrequentie en werkomstandigheden kan inspectie vaker nodig zijn (bijv. op bouwplaatsen of bij intensief gebruik).

Algemene staat:

• Controleer op schade aan stijlen, treden of sporten (zoals deuken, scheuren of corrosie).
• Controleer op vervorming van het frame of de treden.
• Schade door vocht, chemicaliën of UV-straling (voor houten en kunststof ladders).

Constructie en verbindingen:

• Controleer op speling of losse verbindingen tussen treden en stijlen.
• Controleer scharnieren, spreidstangen en vergrendelingen bij vouwladders.
• Controleer de bevestiging van leuningen en platformen (bij trappen).

Antislipvoorzieningen:

• Controleer op de aanwezigheid en staat van rubberen voeten of antislipdoppen.
• Controleer antislipprofielen op de treden of slipvaste oppervlakken op platformen.

Markering en identificatie:

• CE-markering of aanduiding volgens NEN 2484.
• Aanwezigheid van een identificatiesticker of nummer.
• Aanwezigheid van correcte gebruiksinstructies of pictogrammen.